De toekomst van onze kerken

 

Het is inmiddels een utopie dat in elk Vlaams dorp op elke zondag een eucharistieviering wordt gehouden. Het kerkbezoek neemt alsmaar af. Priesters zijn in veel gevallen 'dwangarbeiders' geworden die van het ene dorp naar het ander moeten 'tjoolen' om de zondagsdiensten te laten doorgaan. Aan de andere kant zijn de kerken in onze steden en dorpen niet weg te denken. Het zijn merktekens. Zelfs wie niet meer naar de mis gaat, zou er moeite mee hebben wanneer kerkgebouwen zouden verdwijnen. Wat moeten we dan wel met kerken die niet meer gebruikt worden als kerk? De afdelingen Westkwartier en Westhoek vroegen het Niek De Roo, coördinator van het Vlaamse Projectbureau Herbestemming Kerken.

 

Veel van onze kerken en kloostergebouwen zijn architecturale pareltjes. Bovendien zijn ze vaak mooi en interessant gelegen. Ze bieden een ruimtelijk gevoel en een sfeer die met nieuwbouw moeilijk te evenaren zou zijn. Kerken kosten ook geld en er is afgesproken dat de gemeenschap hiervoor moet instaan.

 

Nieuw leven

Kortom, kerken zijn 'waarde-vol' en het waard om een nieuw leven te leiden, ook in een tijd van terugvallend kerkbezoek. Maar juist omdát ze waardevol zijn, kan er niet van alles mee gebeuren. Er zijn al legio voorbeelden van niet-geslaagde 'omschakelingen'. Daarbij kunnen niet alle kerken zomaar van bestemming veranderen. Als kerken beschermd zijn, is dat een extra probleem. Wanneer de kerk ook binnenin een beschermingserkenning heeft, worden nog andere problemen gecreëerd. Het is dus belangrijk om een langetermijnvisie te hebben.

Andere functie

Je kan een kerk voor kerkdiensten verkleinen en de vrijgekomen ruimte een andere functie geven. Je kan ook de hele kerk een nieuwe bestemming geven. Een geslaagde herbestemming levert ook fraaie plaatjes en media-aandacht op. Denk aan de Boekhandel Dominicanen in Maastricht, ooit geroemd als de mooiste boekhandel ter wereld, of aan The Jane in de kapel van het voormalige Militair Hospitaal in Antwerpen, dat in 2015 de titel kreeg van mooiste restaurant ter wereld.

Relatief beperkt

Toch is het aantal herbestemmingsdossiers van Vlaamse kerken relatief beperkt. De databank praktijkvoorbeelden van het Centrum voor Religieuze Kunst en Cultuur (CRKC) vermeldt er een tachtigtal, terwijl de Nederlandse Rijkdienst voor het Cultureel Erfgoed meer dan duizend kerken telde met een nieuwe functie. De problematiek is in beide landen nochtans gelijkaardig. Het kerkbezoek is drastisch gedaald, met onderbenutting en leegstand als gevolg. Volgens de Atlas van het Religieus Erfgoed in Vlaanderen is 8% van de 1800 Vlaamse parochiekerken niet meer in gebruik. En in 60% zijn er slechts een of twee gebruiksmomenten per week.

Vier weken

"Kerken waar om de drie of vier weken één viering plaatsvindt voor een twintigtal gelovigen, zijn geen uitzondering", stelde Niek. "Dat soort gebruik staat in veel gemeenten onder druk, want gemeenten betalen mee in de jaarlijkse afrekening voor het beheer en het onderhoud." Maar wat doe je bijvoorbeeld met een gemeente met twaalf kerken, waarvan er tien gesloten worden? Het is belangrijk verkommering (zie Frankrijk) en banalisering (Nederland) te vermijden. In Nederland zijn protestantse kerken niet gewijd en zijn omvormingen wel makkelijker.

Inhaalbeweging

Intussen heeft Vlaanderen een inhaalbeweging op Nederland ingezet. Sinds 1 februari 2016 kunnen steden, gemeenten en kerkbesturen aankloppen bij het Projectbureau Herbestemming Kerken voor een haalbaarheidsonderzoek naar herbestemming van een parochiekerk. In goed twee jaar is het Projectbureau - een initiatief van de Vlaamse overheid, de Vlaamse Vereniging voor Steden en Gemeenten, het Team Vlaamse Bouwmeester en het CRKC - al in 83 kerken aan de slag gegaan. "We hebben op Vlaams niveau een raamovereenkomst met zes ontwerpteams", legde Niek De Roo uit. "Daardoor moeten gemeenten of kerkfabrieken niet zelf de procedure van een marktbevraging, conform de wet op de overheidsopdrachten, doorlopen. Heel die administratieve rompslomp nemen we hen uit handen. Ze moeten zich alleen kandidaat stellen voor het traject."

Discokerk

Onze noorderburen lijken soms bewust te mikken op spektakel en controverse. Denk aan de discokerk, de skatekerk of de tot buurtsupermarkt ingerichte kerk. "Dat zijn vaak voormalige protestantse kerken", verklaarde Niek De Roo. "Anders dan de katholieke kerken zijn die niet gewijd. Bij de protestanten is de bijeenkomst gewijd, niet het gebouw. Daardoor ligt een herbestemming of een nevenbestemming er veel minder gevoelig. Veel kerkfabrieken (kerkbesturen) hebben zelfs een eventmanager die de kerk promoot als een zaal voor feesten en conferenties. In een katholieke kerk ligt dat moeilijker."

Haiku

Plots citeerde Niek een haiku, die aan zijn thema is gewijd:

Middag en kerk,

Neem alle tijd van het dorp

Om twaalf uur te slaan

Panta rei, alles is in beweging. Je mag dus niet verkrampen. De context (de totale omgeving) en de content (de betekenis) moeten samen blijven. Er zijn volgens Niek zeven eigenschappen die in het oog gehouden moeten worden in het proces van herbestemming:

1. Een kerk is een blijvende gebeurtenis. Een kerk leegmaken is zeer moeilijk. Pas dan merk je de kwaliteit van een gebouw.

2. Leegte is een sterkte. Onze kerken staan te vol. Leegte laat de essentie zien, leegte versterkt de stilte binnen.

3. Leegte en stilte beletten niet dat het kerkgebouw een activerend element kan zijn voor de gemeenschap. De deuren gaan open naar spiritualiteit en cultuur. Blijven verbinden, is de boodschap. Kerken kunnen niet zomaar leeggemaakt worden en voor een ander doel gebruikt. Er is een grotere omvorming nodig, denk maar aan het sanitair. In de tijd tussen kerk en nieuwe bestemming, kan er ook een tijdelijke invulling zijn: klimkerken, blokkerken (kerken waarin geblokt, zijnde gestudeerd, wordt), skatekerken, circuskerken...

 

4. Het wervend vermogen is groot. Vroeger gebeurde alles vanuit de Kerk en de kerkfabrieken (die het steeds moeilijker hebben).

5. Torenhoog en mijlenver (naar het jeugdboek van Tonke Dragt): de kerk functioneert als stedenbouwkundige kern. Dat leidt tot nadenken over zowel de kerk als de kern.

6. De kerk als palimpsest. Een palimpsest bestond enkel op perkament, maar nu kan ook een gebouw als palimpsest worden herbestemd: niet afkrabben, maar bladzijden toevoegen. Hedendaagse aanpassingen moeten rekening houden met veiligheid en bruikbaarheid. Een voorbeeld is de predikherenbibliotheek in Mechelen.

7. En dan is er ook het financieel aspect. Kerken in stand houden, is een dure aangelegenheid. Intensifiëring (binnenkerk, publieke ruimte) en extensivering (onderhoudskosten verminderen door delen van de kerk weg te nemen of ruïnes ‘af te dekken’) kunnen het financieel aspect draaglijk maken. Een goede raad: de afbraakkosten mogen niet hoger zijn dan de opbouwwerken.

Praktische aanbevelingen

Aan de hand van beelden kwam Niek met een aantal praktische aanbevelingen:

- Bibliotheken zijn bijzonder geschikt als herbestemming.

- Wat mogelijk is: voorlopig een nevenbestemming, later een herbestemming.

- Mogelijkheid om meubilair in kasten op te bergen.

- Gordijnen die geluidwerend zijn en waarop kan geprojecteerd worden.

- Wonen in kerken is een moeilijk concept.

- Er is het roerend erfgoed: wat doe je met de inboedel?

- Neutraliteit? Zie het voorbeeld van de columbariumkerk.

Beste herbestemming

Het beste project van herbestemming is volgens Niek de Petruskerk in Vught (Nederland). Er is daar een bibliotheek, een speelhoek, een leescafé en andere mogelijkheden zijn er beschikbaar. Wanneer het nodig is kan het binnenschip worden vrijgemaakt. Het heet nu 'de Petrus' en is het kloppende culturele hart van de gemeente, een plek waar jong en oud samenkomen. Het is dé plek om te ontmoeten, te lezen, werken, spelen en leren. Een aanrader als je ooit in de streek bent…

Tot slot pleitte Niek Deroo voor schoonheid: de ziel krijgt vleugels en de ervaren schoonheid overstijgt de materiële vorm. Schoonheid is moeilijk te bereiken, maar biedt een onderdak voor de hoop. Het is wel belangrijk om heel goede ontwerpers te vragen, want het gaat om het ware, het goede en het mooie.

 

 

Poperinge

Niek heeft zijn gehoor tijdens de hele uiteenzetting bijzonder kunnen boeien. Ondanks het gevorderde uur was er nog tijd voor een paar vragen. Pol Sansen, lid van afdeling Westhoek, wilde graag weten hoe het stond met de toekomst van de Onze-Lieve-Vrouwekerk van Poperinge. "Kun je, zonder het biechtgeheim te schenden, vleugels geven aan de hoop om deze kerk op een waardige manier te herbestemmen?", vroeg hij. Niek moest hem ontgoochelen: "Die hoop moet ik je ontnemen. De Onze-Lieve-Vrouwekerk is een beschermd monument en ook het interieur is beschermd. Bovendien is de akoestische isolatie van dien aard dat omwonenden als snel last zouden kunnen hebben van burenlawaai, moesten daar bijvoorbeeld concerten worden georganiseerd."

Peterafdelingen

De bijeenkomst met Niek Deroo was een gezamenlijke activiteit van de peterafdelingen Westkwartier en Westhoek. Dit verslag werd samengesteld mede op basis van de notities van Geertrui Seys en Pol Sansen. In die zin is het een nieuw bewijs dat samenwerking tussen de afdelingen Westkwartier en Westhoek bijzonder vruchtbaar kan zijn. Het is een mooie traditie om elk jaar minstens één keer samen te zitten en ervaringen uit te wisselen… Al dient gezegd dat het Engelse gezegde 'Birds of a feather flock together' bij de tafelkeuze toch nog sterk aanwezig was. Misschien volgend jaar wat meer 'mix' aan tafel nastreven?

Jan Breyne (afdeling Westkwartier), Geertrui Seys (afdeling Westkwartier) en Pol Sansen (afdeling Westhoek)

Foto's: TV Studio Thys Vermeulen - Studio Roma i.s.m. Sven Sterken (KU Leuven)